FED 2018/156
Omkering en verzwaring van bewijslast geldt ook na het overlijden van de belastingplichtige. Onschuldpresumptie is niet aan de orde als vervolging is geëindigd door het overlijden van de verdachte
HR 06-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1106, m.nt. M. Sanders
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 juli 2018
- Magistraten
Mrs. Van Loon, Van Kalmthout, Faase
- Zaaknummer
17/03982
- Noot
M. Sanders
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS274150:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Bewijs
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1106, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑07‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑07‑2018
- Wetingang
Art. 25 lid 3, art. 27e AWR; art. 6 EVRM
Essentie
Omkering en verzwaring van bewijslast geldt ook na het overlijden van de belastingplichtige. Onschuldpresumptie is niet aan de orde als vervolging is geëindigd door het overlijden van de verdachte
Samenvatting
Erflater was verdachte in een strafrechtelijk onderzoek, maar hij is overleden voordat het tot een zitting bij de strafrechter kwam. De vervolging is daarom geëindigd. De inspecteur heeft op basis van art. 55 AWR de beschikking gekregen over informatie uit het strafrechtelijke onderzoek en daaruit geconcludeerd dat erflater op grote schaal handelde in softdrugs. Het dossier dat de inspecteur van de officier van justitie heeft gekregen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.