Einde inhoudsopgave
Wet op de erkende onderwijsinstellingen
Artikel 12 Examens
Geldend
Geldend vanaf 04-07-2013
- Bronpublicatie:
07-02-2013, Stb. 2013, 88 (uitgifte: 08-03-2013, kamerstukken: 33336)
- Inwerkingtreding
04-07-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-05-2013, Stb. 2013, 276 (uitgifte: 03-07-2013, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De examens van een instelling worden geregeld in een of meer examenreglementen, die de goedkeuring van Onze Minister behoeven. De examenreglementen bevatten in elk geval bepalingen omtrent:
- a.
de wijze van aanmelden;
- b.
de toelatingseisen;
- c.
de legitimatie van de cursist;
- d.
de samenstelling van de examencommissies, voor wat betreft de deskundigheid en het benoemen van buitenstaanders;
- e.
de duur en de wijze van examineren;
- f.
de maatregelen in geval bedrog wordt geconstateerd;
- g.
de geheimhouding van de examenopgaven;
- h.
de beoordelingsnormen en de normen voor slagen en afwijzen.
2.
De examenopgaven hebben voor zover het examens betreft zoveel mogelijk betrekking op de gehele tijdens de cursus behandelde leerstof. Voor zover het deelexamens betreft, hebben de opgaven zoveel mogelijk betrekking op de tijdens de cursus tot het afleggen van die deelexamens behandelde leerstof.
3.
De examendata worden ten minste 6 weken voor de aanvang van het examen schriftelijk aan de cursist medegedeeld.
4.
Het bevoegd gezag van de instelling zendt onmiddellijk na afloop van elk examen een examenverslag aan Onze Minister. Onze Minister stelt het model van dit verslag vast.
5.
De examenopgaven dienen na afloop van een examen op verzoek en desgewenst tegen betaling bij de instelling verkrijgbaar te worden gesteld, behalve in gevallen waarin Onze Minister toestaat dat examenopgaven niet op deze wijze verkrijgbaar worden gesteld.
6.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere voorschriften worden gegeven.