Einde inhoudsopgave
Wet op de erkende onderwijsinstellingen
Artikel 11 Overeenkomst met cursist
Geldend
Geldend vanaf 01-10-1986
- Bronpublicatie:
04-07-1985, Stb. 1985, 407 (uitgifte: 23-07-1985, kamerstukken: 18197 )
- Inwerkingtreding
01-10-1986
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-08-1986, Stb. 1986, 466 (uitgifte: 25-09-1986, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De overeenkomst tussen de natuurlijke persoon dan wel de rechtspersoon waarvan de instelling uitgaat en de cursist wordt schriftelijk aangegaan en vermeldt in elk geval:
- a.
de benaming, doelstelling en omschrijving van de cursus, met verwijzing naar de studiegids die betrekking heeft op de cursus;
- b.
de mogelijkheid al dan niet examen af te leggen aan het einde van de cursus;
- c.
de vooropleiding van de cursist die voor het volgen van de cursus nodig of wenselijk is;
- d.
de wijze waarop de cursus wordt gegeven en voor zover van toepassing de plaats waar de lessen worden gegeven, de frequentie van de lessen, het aantal klokuren en de vakantie;
- e.
de cursusduur bij een normaal studietempo, gebaseerd op een aangegeven aantal uren studie per week;
- f.
de aan de cursus en aan het examen verbonden kosten, onder te verdelen in:
- 1°
de kosten van boeken en leermiddelen door de instelling te verstrekken, en te betalen aan de instelling;
- 2°
de kosten van boeken en leermiddelen die buiten de instelling moeten worden aangeschaft;
- 3°
de kosten waartegen de cursist het cursusmateriaal waarvan de instelling zich het eigendomsrecht heeft voorbehouden, na de afsluiting van de overeenkomst zal kunnen overnemen, indien de instelling alsnog tot aanbieding van dat cursusmateriaal aan de cursist zou besluiten;
- 4°
de onderwijsbijdrage, waaronder begrepen een eventueel verschuldigd inschrijfgeld;
- 5°
het examengeld;
- g.
de voorwaarden, waaronder de overeenkomst voortijdig kan worden ontbonden. Tot deze voorwaarden worden in elk geval gerekend:
- 1°
het overlijden van de cursist;
- 2°
schriftelijke opzegging van een cursus met een kortere cursusduur dan 6 maanden door de cursist is buiten onderling goedvinden niet mogelijk;
- 3°
schriftelijke opzegging van een schriftelijke cursus met cursusduur van 6 maanden of langer. Bij die schriftelijke opzegging wordt geen opzegtermijn van meer dan 3 maanden bedongen. Bij die schriftelijke opzegging is de cursist geen opgaaf van redenen verschuldigd tenzij hij een overeengekomen opzegtermijn niet in acht neemt;
- 4°
schriftelijke opzegging van een niet-schriftelijke cursus met een cursusduur van 6 maanden of langer. Bij die schriftelijke opzegging wordt geen opzegtermijn van meer dan 5 maanden bedongen. Bij die schriftelijke opzegging is de cursist geen opgaaf van redenen verschuldigd tenzij hij een overeengekomen opzegtermijn niet in acht neemt.
De wederzijdse rechten en verplichtingen, voortvloeiende uit de overeenkomst, eindigen zodra de overeenkomst is ontbonden. Reeds tevoren betaalde onderwijsbijdragen worden terugbetaald voor zover deze betrekking hebben op de periode na het beëindigen van de overeenkomst. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald, dat de plicht tot terugbetaling niet bestaat indien het teveel betaalde bedrag een bepaalde som niet te boven gaat;
- h.
de eigendoms- en gebruiksrechten van het verstrekte cursusmateriaal;
- i.
de mogelijkheid om ingeval van klachten met betrekking tot de cursus de bemiddeling in te roepen van de inspectie, waarvan het adres wordt aangegeven.
2.
De in het eerste lid onder a bedoelde studiegids maakt deel uit van de overeenkomst.
3.
De cursist ontvangt een bewijs, waarbij de instelling verklaart hem als cursist te aanvaarden onder de bepalingen genoemd in het eerste en tweede lid van dit artikel.
4.
Het eerste tot en met derde lid, met uitzondering van het eerste lid onder g onder 1°, is van overeenkomstige toepassing op overeenkomsten tussen de natuurlijke persoon dan wel de rechtspersoon waarvan de instelling uitgaat en de werkgever, die voor één of meer van zijn werknemers de overeenkomst aangaat. Bij overlijden van een werknemer, wiens werkgever de overeenkomst is aangegaan, kan de overeenkomst voortijdig worden ontbonden, indien zij uitsluitend betrekking heeft op die werknemer.