NJB 2019/2566
Oproepen van getuigen ter zitting. Cautie(verzuim) ter zitting. Uiteenzetting van de Hoge Raad over oproeping van getuigen en het niet-verschijnen. Verplichting tot geven van cautie ter zitting (bij boetezaak) geldt niet alleen bij oproeping. Gevolgen van niet geven van cautie
HR 15-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1786
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 november 2019
- Magistraten
Mrs. De Groot, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren en Cools
- Zaaknummer
18/04315
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1786, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:506, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑05‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑05‑2019
- Wetingang
(art. 8:28a, 8:33, 8:60 en 8:63 Awb)
Essentie
Oproepen van getuigen ter zitting. Cautie(verzuim) ter zitting. Uiteenzetting van de Hoge Raad over oproeping van getuigen en het niet-verschijnen. Verplichting tot geven van cautie ter zitting (bij boetezaak) geldt niet alleen bij oproeping. Gevolgen van niet geven van cautie
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘2.2.1
In hoger beroep was in geschil (…) of de Inspecteur aannemelijk heeft gemaakt dat over de jaren 2007 tot en met 2009 terecht looncorrecties zijn toegepast.
(…)
2.2.3
Het Hof heeft naar aanleiding van het verzoek van belanghebbende om een voormalig administratief medewerkster van belanghebbende (hierna: de medewerkster) en drie controle-ambtenaren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.