Einde inhoudsopgave
Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden
Artikel 3 [Aangelegenheden Koninkrijk]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1986
- Bronpublicatie:
09-08-1985, Stb. 1985, 453 (uitgifte: 01-01-1985, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 18826 Overheid.nl: 18826)
- Inwerkingtreding
01-01-1986
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-08-1985, Stb. 1985, 453 (uitgifte: 01-01-1985, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 18826Overheid.nl: 18826)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Financiën
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Justitie
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Defensie
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
Onverminderd hetgeen elders in het Statuut is bepaald, zijn aangelegenheden van het Koninkrijk:
- a.
de handhaving van de onafhankelijkheid en de verdediging van het Koninkrijk;
- b.
de buitenlandse betrekkingen;
- c.
het Nederlanderschap;
- d.
de regeling van de ridderorden, alsmede van de vlag en het wapen van het Koninkrijk;
- e.
de regeling van de nationaliteit van schepen en het stellen van eisen met betrekking tot de veiligheid en de navigatie van zeeschepen, die de vlag van het Koninkrijk voeren, met uitzondering van zeilschepen;
- f.
het toezicht op de algemene regelen betreffende de toelating en uitzetting van Nederlanders;
- g.
het stellen van algemene voorwaarden voor toelating en uitzetting van vreemdelingen;
- h.
de uitlevering.
2.
Andere onderwerpen kunnen in gemeen overleg tot aangelegenheden van het Koninkrijk worden verklaard.
Artikel 55 is daarbij van overeenkomstige toepassing.