NJB 2014/1293
Fraus legis. Rechtsvinding. Handel in HIR-lichaam. Ontgaan van wetsartikel dat beoogt handel in vennootschappen met een herinvesteringsreserve tegen te gaan. Bewoordingen van het wetsartikel verzetten zich tegen de ruimere op de ratio van de bepaling geïnspireerde uitleg door het hof, maar wel sprake van fraus legis
HR 23-05-2014, ECLI:NL:HR:2014:1181
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 mei 2014
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Lourens, Bavinck, Koopman, Van Kalmthout
- Zaaknummer
12/04575
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Fiscaal bestuursrecht / Fraus legis en richtige heffing
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1181, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑05‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑05‑2014
- Wetingang
(Wet VPB 1969 art. 15e)
Essentie
Fraus legis. Rechtsvinding. Handel in HIR-lichaam. Ontgaan van wetsartikel dat beoogt handel in vennootschappen met een herinvesteringsreserve tegen te gaan. Bewoordingen van het wetsartikel verzetten zich tegen de ruimere op de ratio van de bepaling geïnspireerde uitleg door het hof, maar wel sprake van fraus legis
Partij(en)
Cassatieberoep belanghebbende
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘3.1.1.
In 1998 heeft [B] alle aandelen in belanghebbende overgedragen aan zijn drie kinderen (hierna gezamenlijk: de kinderen [van B]) en aan Stichting [F] (hierna: de Stichting). Sindsdien hielden de kinderen [van B] ieder 33,07 percent en de Stichting 0,77 percent van de aandelen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.