Einde inhoudsopgave
Zetelverdrag tussen het Internationaal Strafhof en het Gastland
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2008
- Bronpublicatie:
07-06-2007, Trb. 2007, 125 (uitgifte: 17-07-2007, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-03-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-03-2008, Trb. 2008, 31 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal strafrecht / Internationale tribunalen
Voor de toepassing van dit Verdrag wordt verstaan onder:
- a.
‘het Statuut’, het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof, aangenomen op 17 juli 1998 door de Diplomatieke Conferentie van Gevolmachtigden van de Verenigde Naties inzake de oprichting van een Internationaal Strafhof;
- b.
‘het Hof’, het bij het Statuut opgerichte Internationaal Strafhof; voor de toepassing van dit Verdrag vormt het Secretariaat een integrerend onderdeel van het Hof;
- c.
‘het Gastland’, het Koninkrijk der Nederlanden;
- d.
‘de partijen’, het Hof en het Gastland;
- e.
‘Staten die Partij zijn’, de Staten die Partij zijn bij het Statuut;
- f.
‘Vertegenwoordigers van de Staten die Partij zijn’, alle gedelegeerden, substituut-gedelegeerden, adviseurs, technisch deskundigen, secretarissen en overige geaccrediteerde delegatieleden;
- g.
‘de Vergadering’, de Vergadering van Staten die Partij zijn bij het Statuut;
- h.
‘het Bureau’, het Bureau van de Vergadering;
- i.
‘hulporganen’, de organen die door de Vergadering of het Bureau worden ingesteld;
- j.
‘functionarissen van het Hof’, de rechters, de Aanklager, de Substituut-Aanklagers, de Griffier, de Substituut-Griffier en het personeel van het Hof;
- k.
‘de rechters’, de door de Vergadering in overeenstemming met artikel 36, zesde lid, van het Statuut gekozen rechters van het Hof;
- l.
‘het Presidium’, het orgaan bestaande uit de President en de Eerste en Tweede Vicepresident van het Hof, in overeenstemming met artikel 38, derde lid, van het Statuut;
- m.
‘de President’, de door de rechters in overeenstemming met artikel 38, eerste lid, van het Statuut gekozen President van het Hof;
- n.
‘de Aanklager’, de door de Vergadering in overeenstemming met artikel 42, vierde lid, van het Statuut gekozen Aanklager;
- o.
‘de Substituut-Aanklagers’, de door de Vergadering in overeenstemming met artikel 42, vierde lid, van het Statuut gekozen Substituut-Aanklagers;
- p.
‘de Griffier’, de door rechters in overeenstemming met artikel 43, vierde lid, van het Statuut gekozen Griffier;
- q.
‘de Substituut-Griffier’, de door rechters in overeenstemming met artikel 43, vierde lid, van het Statuut gekozen Substituut-Griffier;
- r.
‘personeel van het Hof’, het in artikel 44 van het Statuut bedoelde personeel van de Griffie en van het Parket van de Aanklager; onder personeel van de Griffie wordt mede verstaan het personeel van het Presidium en de Kamers en het personeel van het Secretariaat;
- s.
‘het Secretariaat’, het bij resolutie ICC-ASP/2/Res.3 d.d. 12 september 2003 ingestelde Secretariaat van de Vergadering;
- t.
‘stagiair(e)s’, afgestudeerden of postdoctorale studenten die niet tot het personeel van het Hof behoren, maar door het Hof zijn toegelaten tot het stageprogramma van het Hof om bepaalde taken voor het Hof uit te voeren zonder daarvoor een salaris van het Hof te ontvangen;
- u.
‘bezoekende vakspecialisten’, personen die niet tot het personeel van het Hof behoren, maar door het Hof zijn toegelaten tot het programma voor bezoekende vakspecialisten van het Hof om deskundigheid in te brengen en bepaalde taken voor het Hof uit te voeren zonder daarvoor een salaris van het Hof te ontvangen;
- v.
‘raadslieden’, de raadslieden voor de verdediging en de advocaten van slachtoffers;
- w.
‘getuigen’, ‘slachtoffers’ en ‘deskundigen’, personen die als zodanig door het Hof zijn aangewezen;
- x.
‘het terrein van het Hof’, gebouwen, delen van gebouwen en gebieden, met inbegrip van installaties en faciliteiten die het Hof ter beschikking worden gesteld of door het Hof worden onderhouden, betrokken of gebruikt in het Gastland in verband met zijn taken en doelstellingen, waaronder de detentie van een persoon, of in verband met bijeenkomsten van de Vergadering, met inbegrip van haar Bureau en hulporganen;
- y.
‘het ministerie van Buitenlandse Zaken’, het ministerie van Buitenlandse Zaken van het Gastland;
- z.
‘de bevoegde autoriteiten’, de nationale, provinciale, gemeentelijke en overige bevoegde autoriteiten uit hoofde van de wet- en regelgeving en de gebruiken van het Gastland;
- aa.
‘het Verdrag betreffende de privileges en immuniteiten van Hof’, het in artikel 48 van het Statuut bedoelde Verdrag betreffende de privileges en immuniteiten van Internationaal Strafhof, aangenomen tijdens de derde vergadering van de eerste zitting van de Vergadering gehouden van 3 tot en met 10 september 2002 op het hoofdkwartier van de Verenigde Naties te New York;
- bb.
‘het Verdrag van Wenen’, het Verdrag van Wenen inzake Diplomatiek Verkeer van 18 april 1961;
- cc.
‘Reglement van proces- en bewijsvoering’, het in overeenstemming met artikel 51 van het Statuut aangenomen Reglement van proces- en bewijsvoering.