NJF 2011/350
Geldleningovereenkomst. Nietigheid ex art. 3:40 BW. Strijd met goede zeden.
Rb. 's-Hertogenbosch 18-05-2011, ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ5051
- Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Datum
18 mei 2011
- Magistraten
Mr. I.L.A. Boer
- Zaaknummer
220332 / HA ZA 10-2459
- LJN
BQ5051
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Vermogensrecht / Algemeen
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Bedrijfseconomisch advies (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Overgang en tenietgaan verbintenissen
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ5051, Uitspraak, Rechtbank 's-Hertogenbosch, 18‑05‑2011
- Wetingang
Essentie
Geldleningovereenkomst. Nietigheid ex art. 3:40 BW. Strijd met goede zeden.
Samenvatting
In een tussen ouders en zoon gesloten geldleningovereenkomst is een bepaling opgenomen dat de lening direct opeisbaar is als de zoon een relatie aangaat met een in die bepaling genoemde vrouw. Deze bepaling is nietig wegens strijd met de goede zeden (art. 3:40 BW). Het in art. 10 Gw en art. 8 EVRM neergelegde recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en van het privé-, familie- en gezinsleven van de zoon weegt in dit geval zwaarder dan de contractsvrijheid ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.