Wet terugdringing beroep op de arbeidsongeschiktheidsregelingen
Artikel IX
Geldend
Geldend vanaf 01-08-1993
- Bronpublicatie:
07-07-1993, Stb. 1993, 412 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22824 Overheid.nl: 22824)
- Inwerkingtreding
01-08-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-07-1993, Stb. 1993, 413 (uitgifte: 01-01-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
1.
Recht op een stimuleringsuitkering heeft de arbeidsongeschikte die in de periode van 1 februari 1992 tot 1 februari 1994 arbeid gaat verrichten in verband waarmee de uitkering op grond van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering of de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen, dan wel de aanvulling van het invaliditeitspensioen op grond van de Algemene burgerlijke pensioenwet, alsmede de verhoging op grond van artikel F 9b van die wet, of de aanvulling van het invaliditeitspensioen op grond van de Spoorwegpensioenwet, alsmede de verhoging op grond van artikel F 7b van die wet, of de aanvulling van het pensioen uit hoofde van ziekten of gebreken op grond van de Algemene militaire pensioenwet, alsmede de verhoging op grond van artikel F 9a van die wet wordt verlaagd of ingetrokken, dan wel niet of gedeeltelijk wordt uitbetaald onder toepassing van artikel 33 van de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet of artikel 44 van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, dan wel onder toepassing van artikel J 20 van de Algemene burgerlijke pensioenwet, artikel J 20 van de Spoorwegpensioenwet of artikel V 4 van de Algemene militaire pensioenwet.
2.
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt niet onder arbeid verstaan arbeid in een dienstbetrekking krachtens de Wet Sociale Werkvoorziening.