NJ 2010, 191
Afwijzing horen minderjarig slachtoffer voldoende toereikend gemotiveerd.
HR 17-11-2009, ECLI:NL:HR:2009:BI3847, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 november 2009
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, W.M.E. Thomassen, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
01790/07
- Conclusie
A-G Machielse
- Noot
J.M. Reijntjes
- LJN
BI3847
- JCDI
JCDI:ADS127113:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BI3847, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑11‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BI3847, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑05‑2009
- Wetingang
EVRMart. 6; Svart. 288 lid 1 sub b
Essentie
Het middel klaagt over de afwijzing van het verzoek van de verdediging om het minderjarig slachtoffer als getuige te horen. Het Hof heeft hetgeen in NJ 2003, 672 is vooropgesteld niet miskend. Het heeft in het verband van de bewijsvoering gemotiveerd uiteengezet dat en waarom het van oordeel is dat aan een effectieve verdediging beantwoordende compensatie is geboden voor het ontbreken van de mogelijkheid het slachtoffer als getuige te horen. Het Hof heeft die afwijzing doen steunen op zijn oordeel dat het gegrond vermoeden bestaat dat de gezondheid of het welzijn van het slachtoffer door het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.