NJ 2020/288
Huwelijksvermogensrecht. IPR. Automatische verandering van toepasselijk huwelijksvermogensrecht? Kan een naar Iraans recht overeengekomen bruidsgave worden aangemerkt als een huwelijkse voorwaarde dan wel als rechtskeuze?
Hof Arnhem-Leeuwarden 07-03-2018, ECLI:NL:GHARL:2018:2188, m.nt. Th.M. de Boer
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
7 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J.H. Lieber, R. Prakke-Nieuwenhuizen, J.U.M. van der Werff, M.H.H.A. Moes, T. ter Brugge
- Zaaknummer
200.200.441/01
- Noot
Th.M. de Boer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS227762:1
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARL:2018:10391, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 29‑11‑2018
ECLI:NL:GHARL:2018:2188, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 07‑03‑2018
- Wetingang
Essentie
Huwelijksvermogensrecht. IPR. Automatische verandering van toepasselijk huwelijksvermogensrecht? Kan een naar Iraans recht overeengekomen bruidsgave worden aangemerkt als een huwelijkse voorwaarde dan wel als rechtskeuze?
Samenvatting
Beschikking 6 maart 2018:
Nu partijen noch het toepasselijke recht hebben aangewezen noch huwelijkse voorwaarden hebben gemaakt is het Nederlandse recht van toepassing vanaf het tijdstip dat ook de vrouw de Nederlandse nationaliteit heeft verkregen, nu beiden vanaf 1994 hun gewone verblijfplaats in Nederland hebben. Deze wijziging heeft slechts gevolg voor de toekomst en het vermogen dat vóór die wijziging aan partijen toebehoorde is niet onderworpen aan het Nederlandse recht. Vanaf het tijdstip ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.