Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2006/112/EG van de Raad betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde
Artikel 39
Geldend
Geldend vanaf 15-01-2010
- Bronpublicatie:
22-12-2009, PbEU 2010, L 10 (uitgifte: 15-01-2010, regelingnummer: 2009/162/EU)
- Inwerkingtreding
15-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2009, PbEU 2010, L 10 (uitgifte: 15-01-2010, regelingnummer: 2009/162/EU)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Europees belastingrecht / Belastingen EU
Omzetbelasting / Plaats van levering en dienst
Europees belastingrecht (V)
In het geval van levering van gas via een op het grondgebied van de Gemeenschap gesitueerd aardgassysteem of een op een dergelijk systeem aangesloten net, van elektriciteit of van warmte of koude via warmte- of koudenetten welke levering niet wordt bestreken door artikel 38, wordt als plaats van deze levering aangemerkt de plaats waar de afnemer het werkelijke gebruik en verbruik van de goederen heeft.
Ingeval het gas, de elektriciteit, de warmte of de koude geheel of ten dele niet daadwerkelijk door de afnemer wordt verbruikt, worden deze niet-verbruikte goederen geacht te zijn gebruikt en verbruikt op de plaats waar hij de zetel van zijn bedrijfsuitoefening of een vaste inrichting heeft gevestigd waarvoor de goederen worden geleverd.
Bij gebreke van een dergelijke zetel of vaste inrichting wordt de afnemer geacht de goederen te hebben gebruikt en verbruikt in zijn woonplaats of gebruikelijke verblijfplaats.