NJ 2017/352
Vrijwaring. Verhouding hoofd- en vrijwaringsprocedure; gelijktijdige afdoening vrijwaringszaak met hoofdzaak indien daarin nog schadestaat volgt?, art. 215 Rv.
HR 15-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2388
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 september 2017
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot, M.V. Polak, C.E. du Perron
- Zaaknummer
16/02700
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS154293:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2388, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:509, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑05‑2016
- Wetingang
Essentie
Vrijwaring. Verhouding hoofd- en vrijwaringsprocedure; gelijktijdige afdoening vrijwaringszaak met hoofdzaak indien daarin nog schadestaat volgt?, art. 215 Rv.
In het algemeen verdient het de voorkeur de hoofdprocedure en de vrijwaringsprocedure gelijktijdig af te doen en, indien dat niet mogelijk is, eerst de hoofdprocedure af te doen. Ook art. 215 Rv gaat daarvan uit. De rechter kan evenwel, indien daartoe aanleiding bestaat, ervoor kiezen de vrijwaringsprocedure te beslissen alvorens in de hoofdzaak einduitspraak te doen. De vrijwaringszaak kan echter in ieder geval nog niet worden afgedaan als de uitkomst daarvan afhangt of redelijkerwijs kan afhangen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.