NJFS 2018/153
Nu verdachte onder bewind staat had ten aanzien van vordering benadeelde partij diens bewindvoerder moeten worden opgeroepen; benadeelde partij niet-ontvankelijk.
Rb. Amsterdam 13-06-2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:5235
- Instantie
Rechtbank Amsterdam
- Datum
13 juni 2018
- Magistraten
Mrs. R.A. Overbosch, J.H.J. Evers, E.G.C. Groenendaal
- Zaaknummer
13/689091-17
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBAMS:2018:5235, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 13‑06‑2018
- Wetingang
Art. 1:431 BW; art. 51a Sv
Essentie
Benadeelde partij. Verdachte is onder bewind gesteld ex art. 1:431 BW en aldus procesonbevoegd. Ten aanzien van de vordering van de benadeelde partij dient verdachte vertegenwoordigd te worden door zijn bewindvoerder. Nu niet is gebleken dat de bewindvoerder in het geding is opgeroepen dan wel dat de bewindvoerder een machtiging aan de raadsman van verdachte heeft verstrekt, wordt de vordering van de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard.
Partij(en)
Vonnis van de Rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen verdacht.
Uitspraak
Rechtbank:
1. Het onderzoek ter terechtzitting
1.1.
Dit verkort vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.