RAV 2019/33
Voorlopig deskundigenbericht. Leent de vraag of een cassatieberoep een reële kans van slagen zou hebben gehad zich voor een voorlopig deskundigenbericht?
HR 22-02-2019, ECLI:NL:HR:2019:272
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 februari 2019
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
18/01542
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS48552:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Juridische beroepen / Advocaat
Juridische beroepen / Algemeen
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:272, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑02‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1410, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 14‑12‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑04‑2018
- Wetingang
Art. 202 Rv
Essentie
Beroepsfout advocaat. Kansschade. Voorlopig deskundigenbericht.
Leent de vraag of een cassatieberoep een reële kans van slagen zou hebben gehad zich voor een voorlopig deskundigenbericht?
Samenvatting
Advocaat mr. G. staat verzoeker bij in een strafrechtelijke procedure. Bij arrest van 26 maart 2012 veroordeelt het Hof Den Haag verzoeker tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf en tot betaling van een schadevergoeding aan drie slachtoffers. Verzoeker geeft mr. G. naar aanleiding van dit arrest opdracht om namens hem cassatieberoep in te stellen. Mr. G. verzuimt dit tijdig te doen. Hoewel mr. G. erkent dat sprake is van een beroepsfout waarvoor zij aansprakelijk is, betwist ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.