Rb. Amsterdam, 24-12-2021, nr. 9061228 CV EXPL 21-3491
ECLI:NL:RBAMS:2021:7504
- Instantie
Rechtbank Amsterdam
- Datum
24-12-2021
- Zaaknummer
9061228 CV EXPL 21-3491
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBAMS:2021:7504, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 24‑12‑2021; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Uitspraak 24‑12‑2021
Inhoudsindicatie
Online afgesloten onderwijsovereenkomst is een overeenkomst op afstand, ambthalve toetsing informatieplichten artikelen 6:230m en 6:230v BW, niet voldoen aan vier essentiële informatieplichten leidt tot vernietiging overeenkomst.
Partij(en)
vonnis
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rolnummer: 9061228 / CV EXPL 21-3491
Uitspraak: 24 december 2021
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Capabel Onderwijs Groep B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Zwolle,
eiseres,
gemachtigde: Bosveld Incasso en Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde] ,
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
advocaat mr. dr. G.P. Dayala.
Partijen zullen hierna Capabel Onderwijs en [gedaagde] worden genoemd.
1. De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
de dagvaarding van 9 februari 2021, met producties,
- -
de conclusie van antwoord, met producties,
- -
het tussenvonnis van 14 mei 2021 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- -
de mondelinge behandeling die heeft plaatsgevonden op 21 juli 2021,
- -
de akte na comparitie alsmede akte nadere toelichting van Capabel Onderwijs,
- -
de uitlating naar aanleiding van de comparitie van [gedaagde] .
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1.
Capabel Onderwijs biedt MBO opleidingen, HBO opleidingen en vakopleidingen aan.
2.2.
[gedaagde] en Capabel Onderwijs hebben in februari 2017 een onderwijsovereenkomst gesloten voor de opleiding Sociaal-maatschappelijk dienstverlener’ (hierna: ‘de onderwijsovereenkomst’ en ‘de opleiding’). De onderwijsovereenkomst is online, na verzending van een digitaal inschrijfformulier, tot stand gekomen.
2.3.
Capabel Onderwijs heeft [gedaagde] op 1 en 3 februari 2017 facturen gestuurd ter hoogte van in totaal € 6.154,- voor het verschuldigde lesgeld.
2.4.
[gedaagde] heeft in verband met een burn-out slechts enkele lesdagen bijgewoond. [gedaagde] heeft in totaal € 1.260,- van het totale lesgeld aan Capabel Onderwijs betaald. Het overige bedrag is onbetaald gebleven.
2.5.
Capabel Onderwijs heeft [gedaagde] op 15 december 2017 een ingebrekestelling gestuurd. Capabel Onderwijs heeft de onderwijsovereenkomst vervolgens per 29 december 2017 ontbonden.
3. Het geschil
3.1.
Capabel Onderwijs vordert – samengevat – om bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
- A.
[gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 6.005,82, te vermeerderen met de wettelijke over € 5.661,99 vanaf 29 januari 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
- B.
[gedaagde] te veroordelen in de proceskosten en nakosten.
3.2.
Capabel Onderwijs legt aan haar vordering ten grondslag dat zij op grond van artikel 7:411 van het Burgerlijk wetboek (BW) recht heeft op vergoeding van gemaakte kosten en redelijk loon.
3.3.
[gedaagde] voert verweer tegen de vordering.
4. De beoordeling
4.1.
Niet in geschil is dat [gedaagde] een consument is en dat de onderwijsovereenkomst een zogenoemde “overeenkomst op afstand” is. De kantonrechter heeft ambtshalve aan de orde gesteld of Capabel Onderwijs heeft voldaan aan de informatieplichten die in dat geval op grond van de wet voor haar gelden. De kantonrechter zal hierna tot de conclusie komen dat Capabel Onderwijs daaraan niet heeft voldaan. De onderwijsovereenkomst zal om die reden worden vernietigd. Daartoe wordt als volgt overwogen.
Juridisch kader
Overeenkomst op afstand
4.2.
Op grond van artikel 6:230m BW is een handelaar bij een overeenkomst op afstand verplicht om de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze bepaalde informatie te verstrekken (deze ‘informatieplichten’ zijn hierna – voor zover relevant – opgesomd in 4.8). In artikel 6:230v BW wordt omschreven op welke wijze en welk moment de handelaar deze informatie moet verstrekken.
4.3.
De informatie moet op een duidelijke en begrijpelijke wijze aan de consument worden gegeven. De handelaar kan daarom niet volstaan met het opnemen van die informatie in de algemene voorwaarden. Tijdens het verkoopproces moet de consument stap voor stap langs de informatie worden geleid. Op die manier kan geen misverstand ontstaan over de vraag of de consument de informatie bewust onder ogen heeft gekregen. De consument kan dan een weloverwogen beslissing nemen over de verplichtingen die worden aangegaan.
Ambtshalve toetsing
4.4.
In een aantal gevallen moet de rechter ambtshalve (dat wil zeggen: uit zichzelf, zonder dat een partij daarop een beroep doet) onderzoeken of aan de informatieplichten uit artikel 6:230m en 6:230v BW is voldaan en aan de schending van een informatieplicht een sanctie verbinden. De reden daarvoor is dat de wetgever het belangrijk heeft gevonden dat de consument wordt beschermd. In zijn arrest van 12 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1677) heeft de Hoge Raad de vraag beantwoord wanneer de rechter moet overgaan tot ambtshalve onderzoek en toepassing van sancties en welke sancties kunnen worden toegepast.
4.5.
Volgens de Hoge Raad moeten de informatieplichten uit artikel 6:230m en 6:230v BW worden onderverdeeld in drie categorieën (rov. 3.1.9). De categorieën zijn:
- -
i) de informatieplichten waaraan de wet bij niet-naleving ervan specifieke sancties verbindt,
- -
ii) de informatieplichten waaraan extra gewicht toekomt (de essentiële informatieplichten), en
- -
iii) overige informatieplichten.
4.6.
Ambtshalve toetsing en ambtshalve toepassing van sancties moet plaatsvinden bij de informatieplichten die vallen in categorie (i) en (ii). Dat hoeft niet bij de informatieplichten die in categorie (iii) vallen (rov. 3.1.9).
4.7.
Als niet wordt voldaan aan een informatieplicht die valt in categorie (i) moet de rechter de sanctie toepassen die de wet verbindt aan schending van die verplichting (rov. 3.1.10). Als niet wordt voldaan aan een informatieplicht die valt in categorie (ii) kan de rechter de overeenkomst geheel of gedeeltelijk vernietigen (op grond van artikel 3:40 lid 2 BW). Daarvoor zal aanleiding zijn als sprake is van een voldoende ernstige schending van een of meer essentiële informatieplichten (rov. 3.1.12 en 3.1.15). Het is ook mogelijk dat een informatieplicht zowel in categorie (i) als in categorie (ii) valt. In dat geval kan de rechter naast of in plaats van toepassing van de specifieke wettelijke sanctie ook overgaan tot (gedeeltelijke) vernietiging (rov. 3.1.16).
4.8.
Dit leidt tot onderstaand schema (rov. 3.1.20, met als toevoeging door de kantonrechter de kolom ‘Categorie’):
Informatieplicht | wetsbepaling BW | Categorie | Sanctie |
voornaamste kenmerken zaken of diensten | art. 6:230m lid 1 onder a | ii | (gedeeltelijke) vernietiging |
identiteit en adresgegevens van de handelaar | art. 6:230m lid 1 onder b en c | ii | (gedeeltelijke) vernietiging |
totale prijs | art. 6:230m lid 1 onder e | ii | (gedeeltelijke) vernietiging |
bijkomende kosten | art. 6:230m lid 1 onder e en onder i | i | kosten niet verschuldigd (art. 6:230n lid 3) |
afwijkende kosten communicatiemiddel | art. 6:230m lid 1 onder f | i en ii | geen kosten boven basistarief (art. 6:230k lid 2); eventueel: (gedeeltelijke) vernietiging |
wijze van betaling, levering, uitvoering, leveringstermijn | art. 6:230m lid 1 onder g | ii | (gedeeltelijke) vernietiging |
ontbindingsrecht | art. 6:230m lid 1 onder h | i en ii | verlenging ontbindingstermijn (art. 6:230o lid 2), kosten niet verschuldigd (art. 6:230s lid 5), consument niet aansprakelijk voor waardevermindering (art. 6:230s lid 3); eventueel: (gedeeltelijke) vernietiging |
kosten terugzending | art. 6:230m lid 1 onder i | i | kosten niet verschuldigd (art. 6:230s lid 2) |
verschuldigdheid redelijke kosten in bepaalde gevallen | art. 6:230m lid 1 onder j | i | kosten niet verschuldigd (art. 6:230s lid 5) |
duur overeenkomst of opzeggingsvoorwaarden | art. 6:230m lid 1 onder o | ii | (gedeeltelijke) vernietiging |
minimumduur overeenkomst voor de consument | art. 6:230m lid 1 onder p | ii | (gedeeltelijke) vernietiging |
betalingsverplichting | art. 6:230v lid 3 | i | vernietiging overeenkomst (art. 6:230v lid 3) |
Informatieverstrekking door Capabel Onderwijs
4.9.
Volgens Capabel Onderwijs schrijft een student zich in vier stappen in voor een opleiding. Na het voltooien van de inschrijving ontvangt de student per post de bevestiging van de inschrijving, het machtigingsformulier, het opleidingsblad (c.q. de onderwijsovereenkomst), de algemene voorwaarden en het herroepingsformulier. Volgens Capabel Onderwijs krijgt de student bij het doorlopen van deze stappen alle informatie als genoemd in artikel 6:230m en 6:230v BW. Over de inschrijving heeft Capabel Onderwijs toegelicht dat de eerste stap in het inschrijfproces is dat de student op de website van Capabel Onderwijs naar de inschrijfpagina gaat. Daar krijgt de student de informatie als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 sub b en c BW. De tweede stap is dat de student een opleiding kiest. De student wordt na het aanklikken van een opleiding verwezen naar de webpagina van die opleiding, dat is stap drie. In stap drie wordt volgens Capabel Onderwijs de informatie gegeven als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 onder a, e, g en o BW en artikel 6:230v lid 3 BW. De student komt in stap vier wanneer wordt geklikt op de knop ‘Direct inschrijven’. Dan wordt met het daadwerkelijke inschrijfproces gestart, aldus Capabel Onderwijs. Daar wordt de informatie als bedoeld in artikel 6:230 lid 1 onder e, g en p BW en artikel 6:230v lid 3 (nogmaals) gegeven. De informatie uit artikel 6:230m lid 1 sub h en i BW wordt gegeven in de algemene voorwaarden. De informatie als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 sub b en c BW wordt nogmaals gegeven in de inschrijfbevestiging, aldus nog steeds Capabel Onderwijs.
4.10.
Gelet op het arrest van de Hoge Raad, zal hierna alleen worden ingegaan op informatieplichten die vallen in categorie (i) of (ii).
4.11.
Capabel Onderwijs heeft haar standpunt onderbouwd met printscreens van haar website. Dat dit een recente weergave is van de website blijkt uit productie 1.2, waar startdata van een opleiding worden genoemd die liggen in 2021. In deze zaak moet echter worden beoordeeld of Capabel Onderwijs heeft voldaan aan haar informatieplichten toen [gedaagde] zich in 2017 inschreef voor de opleiding. Capabel Onderwijs heeft niet onderbouwd dat het inschrijfproces in 2017 (nagenoeg) hetzelfde was. Voor zover dat al het geval zou zijn geweest, is de kantonrechter van oordeel dat ook dan niet is voldaan aan de informatieplichten uit artikel 6:230m en 6:230v BW.
4.12.
Vooropgesteld wordt dat de informatie aan een consument moet worden verstrekt voor of bij het sluiten van de overeenkomst of binnen een redelijke termijn na het sluiten van de overeenkomst, maar in ieder geval voordat de dienst wordt uitgevoerd. Capabel Onderwijs zal de informatie aan de student moeten verstrekken tijdens het inschrijfproces of (eventueel) in de nagezonden documenten. De kantonrechter is van oordeel dat de ‘stappen een tot en met drie’, anders dan Capabel Onderwijs stelt, geen onderdeel uitmaken van het inschrijfproces. Uit de toelichting van Capabel Onderwijs blijkt dat een student zich in de eerste drie stappen nog oriënteert op een mogelijke studie. Er worden dan nog geen inschrijvingshandelingen verricht en de student verbindt zich nog nergens aan. De informatieverstrekking in die stappen vindt ook niet plaats door de student daar stap voor stap langs te leiden. De student moet, zo blijkt uit de toelichting van Capabel Onderwijs, voor bepaalde informatie zelf tabjes openklikken. De informatie die in deze stappen zou zijn gegeven, zal daarom buiten beschouwing worden gelaten.
4.13.
De student wordt tijdens het inschrijfproces (‘stap vier’) en in de inschrijfbevestiging niet gewezen op de informatie als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 onder a, h, i en o BW (voornaamste kenmerken zaken of diensten, ontbindingsrecht, bijkomende kosten, kosten terugzending duur overeenkomst of opzeggingsvoorwaarden). Verder wordt met de vermelding “15 termijnen van 411 leermiddelen en (online) boekenpakket 455 75 inschrijfgeld” bij de inschrijving, niet voldaan aan de informatieplicht van artikel 6:230m lid 1 onder e (totale prijs). Deze melding is daarvoor te onduidelijk en lijkt alleen te zijn gericht op de situatie dat in termijnen wordt betaald. De informatie als bedoeld in artikel 6:230m lid 1 onder h en i (ontbindingsrecht, bijkomende kosten en kosten terugzending) is vervolgens alleen in de algemene voorwaarden te lezen. Zoals hiervoor (onder 4.3) is overwogen moet een consument echter stap voor stap langs de informatie worden geleid en kan niet worden volstaan met het opnemen daarvan in de algemene voorwaarden.
4.14.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat Capabel Onderwijs niet heeft voldaan aan de informatieplichten uit artikel 6:230m lid 1 onder a, e, h, i en o BW. Daarmee is ook niet voldaan aan artikel 6:230v lid 2 BW. De vier essentiële informatieplichten (artikel 6:230m lid 1 onder a, e, h, en o BW) die zijn geschonden, raken de kern van de overeenkomst (de kenmerken, prijs en mogelijkheid tot stopzetten). Schending van al deze informatieplichten levert naar het oordeel van de kantonrechter een voldoende ernstige schending op om over te gaan tot gehele vernietiging van de overeenkomst.
Conclusie
4.15.
Vernietiging van de onderwijsovereenkomst heeft tot gevolg dat de onderwijsovereenkomst wordt geacht nooit te hebben bestaan (artikel 3:53 lid 1 BW). Dat maakt dat Capabel Onderwijs geen recht heeft op betaling op grond van artikel 7:411 BW. Artikel 7:411 BW is van toepassing in de situatie dat een bestaande overeenkomst tussentijds wordt beëindigd. In dat geval kan de opdrachtnemer op basis van artikel 7:411 BW nog betaling vragen voor de werkzaamheden die zijn verricht op het moment dat de overeenkomst nog wel in stand was. Die situatie doet zich hier niet voor omdat de onderwijsovereenkomst wordt geacht nooit te hebben bestaan. De vordering van Capabel Onderwijs wordt om die reden afgewezen. Hetgeen partijen hebben aangevoerd over de vraag of Capabel Onderwijs recht heeft op redelijk loon (ex artikel 7:411 BW) en de vraag of de algemene voorwaarden onredelijk bezwarend zijn, hoeft daarom niet meer te worden besproken.
4.16.
Vernietiging van een overeenkomst leidt er ook toe dat partijen moeten teruggeven of -betalen wat zij op basis van de overeenkomst hebben gekregen. [gedaagde] heeft € 1.260,- betaald aan Capabel Onderwijs. Tijdens de mondelinge behandeling heeft [gedaagde] echter verklaard dat hij dit bedrag niet terug hoeft, omdat hij wel een deel van het onderwijs heeft gevolgd. Capabel Onderwijs heeft geen standpunt ingenomen over een ongedaanmakingsverbintenis. Nu [gedaagde] het onderwijs dat hij heeft gevolgd niet kan “teruggeven” gaat de kantonrechter ervan uit dat [gedaagde] met het bedrag van € 1.260,- heeft voldaan aan zijn ongedaanmakingsverbintenis ten opzichte van het onderwijs dat hij heeft genoten. Partijen hoeven elkaar dan verder niets terug te geven of terug te betalen.
4.17.
Capabel Onderwijs wordt als in het ongelijk gesteld partij in de proceskosten veroordeeld. Deze kosten worden tot op heden begroot op € 911,- aan salaris gemachtigde (drie punten, € 311,-)).
4.18.
[gedaagde] heeft aanspraak gemaakt op vergoeding van de nakosten en op de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten. Dit zal worden toegewezen.
5. De beslissing
De rechtbank
wijst het gevorderde af,
veroordeelt Capabel Onderwijs in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot op heden begroot op € 911,- inclusief eventueel verschuldigde btw, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf veertien dagen na de datum van dit vonnis tot aan de dag van algehele voldoening,
veroordeelt Capabel Onderwijs in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 124,- aan salaris gemachtigde, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Capabel Onderwijs niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,- aan salaris gemachtigde en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
verklaart de kostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Aldus gewezen door mr. M.M. Breugem, kantonrechter, in tegenwoordigheid van de griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 24 december 2021.
De griffier De kantonrechter