NJB 2021/115:Bijkomende straf van ontzetting van het recht tot uitoefening van het beroep van bestuurder of feitelijk bestuurder van enige rechtspersoon, art. 51 lid 2, aanhef en onder 2° en 3°, jo. 28 lid 1, aanhef en onder 5°, Sr: is deze bekomende straf toepasbaar indien niet de verdachte als feitelijk leidinggever het feit heeft begaan maar de rechtspersoon waaraan hij leiding gaf? Dat is het geval. Uit voornoemde bepaling volgt namelijk dat ook de verdachte die is veroordeeld voor het feitelijke leiding geven aan het door een rechtspersoon plegen van een strafbaar feit, kan worden ontzet uit het recht tot uitoefening van bepaalde beroepen, indien de wet voor dat feit deze ontzetting toelaat