Besluit werving, reclame en verslavingspreventie kansspelen
Artikel 3a
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2021
- Bronpublicatie:
26-01-2021, Stb. 2021, 37 (uitgifte: 03-02-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-01-2021, Stb. 2021, 45 (uitgifte: 04-02-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Horecarecht / Kansspel- en gokactiviteiten
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
Informatierecht / Reclame
1.
De houder van een vergunning tot het organiseren een speelcasino, tot het aanwezig hebben van een of meer kansspelautomaten in een speelautomatenhal of tot het organiseren van kansspelen op afstand stemt zijn wervings- en reclameactiviteiten af op de uitkomsten van de risicoanalyse, bedoeld in artikel 7, tweede lid.
2.
De vergunninghouder draagt er zorg voor dat hij te allen tijde verantwoording kan afleggen over de wijze waarop hij uitvoering heeft gegeven aan het eerste lid.
3.
Bij regeling van Onze Minister kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot dit artikel.