Procedurele waarborgen in materiële EVRM-rechten
Einde inhoudsopgave
Procedurele waarborgen in materiële EVRM-rechten 2017/12.3.2:12.3.2 Ex nunc-toets onder artikel 8 EVRM
Procedurele waarborgen in materiële EVRM-rechten 2017/12.3.2
12.3.2 Ex nunc-toets onder artikel 8 EVRM
Documentgegevens:
T. de Jong, datum 01-03-2017
- Datum
01-03-2017
- Auteur
T. de Jong
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Staatsrecht / Algemeen
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Ook onder artikel 8 EVRM kan het Hof, net als onder artikel 3 EVRM in asielzaken, een ex nunc-toets uitvoeren. Het gaat hier dan om een met artikel 3 EVRM vergelijkbare situatie. Hierbij kan gedacht worden aan zaken waarin een minderjarige delinquent het land moet verlaten, een ontvoeringszaak waarin moet worden besloten of het kind terug moet worden gestuurd naar een van de ouders of om gezinsherenigingszaken.
Om met het laatste te beginnen. Het Hof neemt in zijn beoordeling of klager wel of niet met een beroep op artikel 8 EVRM verblijf zou moeten krijgen in het nieuwe thuisland ook de gebeurtenissen mee die zich hebben voorgedaan tussen het besluit van het uitvoerende orgaan en het oordeel van de rechter. Deze toetsingswijze kan mijns inziens als een ex tunc plus-toets worden gekwalificeerd.1 De beoordeling van de gebeurtenissen onder artikel 8 EVRM in voormelde type zaken is inherent aan de positie die het Hof inneemt, en conform eerdere Staatsburgse jurisprudentie. De ex tunc plus-toets kan dus wringen met de ex tunc toets die de nationale vreemdelingenrechter aan de dag legt. Het is daarom aan te bevelen dat de nationale rechters het besluit van het uitvoerende orgaan ex nunc toetsen.2
Daarnaast kan het Hof in uithuisplaatsingszaken besluiten om, indien het dit nodig acht, extra informatie en veranderde omstandigheden mee te nemen. Dit is onder andere ingegeven door het belang van het kind dat op het spel staat.3
In beginsel neemt het Hof bij de behandeling van de klachten onder artikel 8 EVRM de feiten zoals deze zich op nationaal niveau hebben voorgedaan als vertrekpunt. Het EHRM vaart dus op de nationale beslissingen. Toch kan het onder omstandigheden expliciet actuele informatie en omstandigheden in zijn beoordeling betrekken. In het geval van een ruime margin kiest het Hof zelf voor een procedurele benadering en toetst het de procedure vooral op zorgvuldigheid, en toetst het minder of niet de inhoud van de klacht op verenigbaarheid met het EVRM.