Besluit heffing van omzetbelasting met betrekking tot houdstermaatschappijen en het houden van aandelen in het algemeen
5
Geldend
Geldend vanaf 18-02-1991
- Redactionele toelichting
De datum van publicatie is de datum van afkondiging.
- Bronpublicatie:
18-02-1991, Infobulletin 1991, 000 (uitgifte: 18-02-1991, regelingnummer: VB91/347)
- Inwerkingtreding
18-02-1991
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-02-1991, Infobulletin 1991, 000 (uitgifte: 18-02-1991, regelingnummer: VB91/347)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
De opvatting dat het enkel houden van aandelen en de daarmee samenhangende activiteiten niet het karakter van ondernemersactiviteiten hebben, houdt niet alleen in dat een maatschappij als een zuivere holding de hoedanigheid van ondernemer mist, maar ook dat een zodanige maatschappij geen deel kan uitmaken van een fiscale eenheid in de zin van artikel 7, lid 4, van de Wet. Immers, natuurlijke personen of lichamen die zelf met hun activiteiten niet in het economische verkeer optreden kunnen nimmer in economisch opzicht zodanig met andere natuurlijke personen of lichamen zijn verweven dat zij daarmee een eenheid vormen. Deze gedachte ligt in lijn met het arrest van de Hoge Raad van 1 april 1987, nr. 23644, BNB 1987/203, waarin met betrekking tot de reikwijdte van het begrip fiscale eenheid is beslist dat het leerstuk van de fiscale eenheid zoals dat in de rechtspraak is ontwikkeld slechts toepassing kan vinden met betrekking tot natuurlijke personen en lichamen die, indien zij niet tot een fiscale eenheid zouden behoren, zelf als ondernemer zouden zijn aan te merken.