AB 2012/65
Impliciete discretionaire bevoegdheid van het bestuursorgaan om zijn besluit in te trekken. Te lage beschikking heffingsrente kan bij naheffingsaanslag worden aangevuld.
HR 20-01-2012, ECLI:NL:PHR:2012:BR4790, m.nt. R. Ortlep
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
20 januari 2012
- Magistraten
Mrs. J.W. van den Berge, C. Schaap, A.H.T. Heisterkamp, P.M.F. van Loon en R.J. Koopman
- Zaaknummer
10/04553
- Conclusie
A-G C.W.M. van Ballegooijen
- Noot
R. Ortlep
- LJN
BR4790
- JCDI
JCDI:ADS96239:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
Fiscaal bestuursrecht / Rente
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BR4790, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑01‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BR4790, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑01‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑11‑2010
- Wetingang
Awr art. 30j
Essentie
Impliciete discretionaire bevoegdheid van het bestuursorgaan om zijn besluit in te trekken. Te lage beschikking heffingsrente kan bij naheffingsaanslag worden aangevuld.
Samenvatting
Art. 30j lid 1 eerste volzin AWR bepaalt dat de inspecteur het bedrag van de heffingsrente vaststelt bij voor bezwaar vatbare beschikking. De tweede volzin van dit artikellid luidt: “Met betrekking tot deze beschikking zijn de bepalingen in de belastingwet die gelden voor de belastingaanslag ter zake waarvan de heffingsrente wordt berekend, van overeenkomstige toepassing.” Noch uit de tekst van deze bepaling, noch uit de geschiedenis van de totstandkoming daarvan (zie onderdeel 4.3 van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.