RCR 2016/81
Effectenlease. Leidt de omstandigheid dat een cliëntenremisier zonder vergunning een particulier heeft geadviseerd, in diens relatie tot de aanbieder van een effectenleaseproduct tot een andere schadeverdeling ex art. 6:101 BW wanneer de aanbieder van dit product onrechtmatig jegens die particulier heeft gehandeld?
HR 02-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2015
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 september 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04926
- Conclusie
plv. P-G mr. De Vries Lentsch-Kostense
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS924790:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2015, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑09‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:36, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 05‑02‑2016
- Wetingang
Art. 6:101 BW; art. 3 Richtlijn Beleggingsdiensten 93/22/EEG; art. 7, 10 Wte 1995 (oud); art. 12 Vrijstellingsregeling Wte 1995; art. 41 Nadere regeling toezicht effectenverkeer 1999
Essentie
Effectenlease. Dexia-affaire.
Leidt de omstandigheid dat een cliëntenremisier zonder vergunning een particulier heeft geadviseerd, in diens relatie tot de aanbieder van een effectenleaseproduct tot een andere schadeverdeling ex art. 6:101 BW wanneer de aanbieder van dit product onrechtmatig jegens die particulier heeft gehandeld?
Samenvatting
In 1998 heeft Y twee effectenleaseovereenkomsten met Dexia gesloten door tussenkomst van de cliëntenremisier Spaar Select. Op grond van die leaseovereenkomsten heeft Y tweemaal een bedrag van ƒ 51.309,03 van Dexia geleend waarmee effecten in een aantal fondsen zijn aangekocht. Y heeft die effecten van Dexia geleased. Over het geleende bedrag was Y ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.