RvdW 2015/258
Bevoegdheid advocaat tot instellen hoger beroep; bewijs volmacht vereist?; art. 3:71 lid 2 BW. Stukken van het geding; tekortkoming interne administratieve organisatie hof.
HR 06-02-2015, ECLI:NL:HR:2015:248
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
6 februari 2015
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04700
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:248, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑02‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2244, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑09‑2014
- Wetingang
Art. 3:71 BW
Essentie
Bevoegdheid advocaat tot instellen hoger beroep; bewijs volmacht vereist?; art. 3:71 lid 2 BW. Stukken van het geding; tekortkoming interne administratieve organisatie hof.
Het hof mocht van de advocaat overlegging van een bewijs van volmacht verlangen, nu deze volmacht niet ziet op de volmacht van de advocaat om hoger beroep in te stellen, maar op de volmacht die de tussenpersoon van de procespartij heeft ontvangen om volmacht aan de advocaat te geven tot het instellen van het hoger beroep. De volmacht van die tussenpersoon volgt niet uit de aanstelling van de advocaat als bedoeld in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.