Einde inhoudsopgave
Wet vrachtwagenheffing
Artikel 9 (relatie Onze Minister en dienstaanbieder)
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2024
- Redactionele toelichting
Lid 2 en 3 zijn nog niet in werking getreden.
- Bronpublicatie:
22-08-2022, Stb. 2022, 330 (uitgifte: 30-08-2022, kamerstukken: 35910)
- Inwerkingtreding
01-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2024, Stb. 2024, 191 (uitgifte: 27-06-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Inrichting wegverkeer
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van zware motorrijtuigen
Vervoersrecht / Wegvervoer
1.
Als een dienstverleningsovereenkomst is gesloten, opgeschort, of beëindigd, en als de houder een melding heeft gedaan als bedoeld in artikel 4, derde lid, geeft de dienstaanbieder dat onmiddellijk door aan Onze Minister. Artikel 2, vierde lid, van Uitvoeringsverordening (EU) 2020/204 is van overeenkomstige toepassing op de gegevensverstrekking door de hoofddienstaanbieder aan de tolheffer.
2.
Nog niet in werking getreden.
3.
Nog niet in werking getreden.
4.
Onze Minister is bevoegd om de gegevens, bedoeld in artikel 14, tweede lid, die met behulp van een technisch hulpmiddel zijn vastgelegd, te verwerken ten behoeve van de verificatie, bedoeld in artikel 32, eerste lid, onder b, Wet implementatie EETS-richtlijn en de controle, bedoeld in artikel 12, eerste lid, Wet implementatie EETS-richtlijn.
5.
Verwerking voor het doel, bedoeld in het vierde lid, kan plaatsvinden door de vastgelegde gegevens door middel van een technisch systeem geautomatiseerd te vergelijken met andere gegevens die voor dit doel zijn verkregen.