NJB 2023/982
Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Overschrijding beslistermijn. Schadevergoeding. Forfaitaire bedragen. Afwijking. Hoge Raad: Indien door de rechter of de officier van justitie een uit de Wvggz voortvloeiende beslistermijn is overschreden, is uitgangspunt dat de betrokkene recht heeft op schadevergoeding. Het verdient het aanbeveling daarvoor als uitgangspunt forfaitaire bedragen te hanteren, waarvan op grond van bijzondere omstandigheden van het geval kan worden afgeweken.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
31 maart 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
22/03393
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:504, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 31‑03‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:1243, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑12‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑09‑2022
- Wetingang
(art. 5:5 lid 5, art. 5:16 lid 1, art. 10:12 lid 3 Wvggz; art. 6:106 BW)
Essentie
Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Overschrijding beslistermijn. Schadevergoeding. Forfaitaire bedragen. Afwijking. Hoge Raad: Indien door de rechter of de officier van justitie een uit de Wvggz voortvloeiende beslistermijn is overschreden, is uitgangspunt dat de betrokkene recht heeft op schadevergoeding. Het verdient het aanbeveling daarvoor als uitgangspunt forfaitaire bedragen te hanteren, waarvan op grond van bijzondere omstandigheden van het geval kan worden afgeweken.
Partij(en)
De officier van justitie, adv. mr. G.C. Nieuwland, vs. betrokkene, adv. mr. M.A.M. Wagemakers.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Bij brief van 28 mei 2020 heeft de zorgaanbieder aan betrokkene meegedeeld een aanvraag tot voorbereiding van een ...