RI 2018/100
Zijn de Staat enerzijds en organen van de Staat anderzijds voor toepassing van Faillissementswet te onderscheiden schuldeisers?
HR 26-10-2018, ECLI:NL:HR:2018:1988
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh
- Zaaknummer
17/06098
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS929969:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1988, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑10‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:695, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑06‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑12‑2017
- Wetingang
Essentie
Pluraliteit. Steunvordering.
Aan het pluraliteitsvereiste is niet voldaan, als een onderdeel van de Staat het faillissement aanvraagt en uitsluitend een vordering van een ander onderdeel van de Staat als steunvordering inbrengt.
Samenvatting
X laat een bestuurlijke boete aan het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) onbetaald. De Staat verzoekt de Rechtbank De Haag X daarom failliet te verklaren en brengt een vordering van de Belastingdienst als steunvordering in. De rechtbank vraagt zich af of de Staat en de Belastingdienst twee verschillende entiteiten zijn. Als ondersteuning van een bevestigend antwoord op deze vraag legt de Staat uittreksels uit ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.