Einde inhoudsopgave
Klachtenregeling Algemene Rekenkamer
Artikel 8 Vereisten voor behandeling
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2020
- Bronpublicatie:
18-03-2020, Stcrt. 2023, 8296 (uitgifte: 27-03-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-04-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-03-2020, Stcrt. 2023, 8296 (uitgifte: 27-03-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Decentralisatie
1.
De klachtbehandelaar kan een klacht in behandeling nemen indien deze klacht betrekking heeft op een gedraging:
- a.
waarover niet eerder een klacht is ingediend die met inachtneming van deze klachtenregeling is behandeld;
- b.
die niet langer dan een jaar voor indiening van de klacht heeft plaatsgevonden;
- c.
die niet door het instellen van een procedure aan het oordeel van een andere rechterlijke instantie dan een administratieve rechter onderworpen is, dan wel onderworpen is geweest;
- d.
zolang terzake daarvan geen opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is, geen deel uitmaakt van de opsporing of vervolging van een strafbaar feit en ter zake van dat feit een opsporingsonderzoek op bevel van de officier van justitie of een vervolging gaande is.
2.
De klachtbehandelaar is niet verplicht een klacht in behandeling te nemen, indien het belang van de klager dan wel het gewicht van de gedraging kennelijk onvoldoende is.
3.
Van het niet in behandeling nemen van de klacht wordt de klager zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van het klaagschrift, schriftelijk in kennis gesteld.