Einde inhoudsopgave
Circulaire Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (algemene versie)
6.3 Opschorten beslistermijn
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2019
- Bronpublicatie:
07-01-2019, Stcrt. 2019, 13172 (uitgifte: 20-03-2019, regelingnummer: 2018-0000973214)
- Inwerkingtreding
01-03-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-01-2019, Stcrt. 2019, 13172 (uitgifte: 20-03-2019, regelingnummer: 2018-0000973214)
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Overheid en privaatrecht
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Het bestuursorgaan kan de beslistermijn onder bepaalde voorwaarden verlengen. De Wet dwangsom biedt meer mogelijkheden om de termijn te verlengen.
De beslistermijn wordt opgeschort (loopt niet door) in de volgende gevallen:
- 1.
als het bestuursorgaan de aanvrager vraagt om zijn aanvraag aan te vullen, bijvoorbeeld door meer informatie te verschaffen. De beslistermijn wordt dan opgeschort op de dag nadat het bestuursorgaan de aanvrager uitnodigt de aanvraag aan te vullen, tot de dag waarop de aanvrager dat heeft gedaan of de gestelde termijn is verstreken;
- 2.
als het bestuursorgaan wacht op informatie uit het buitenland, die onmisbaar is om te kunnen beslissen. Opschorting begint op de dag nadat het bestuursorgaan dit aan de aanvrager heeft meegedeeld en eindigt als de informatie binnen is. De opschorting eindigt óók als de informatie na een redelijke termijn nog steeds niet is ontvangen;
- 3.
als de aanvrager schriftelijk instemt met uitstel;
- 4.
als de vertraging de schuld is van de aanvrager. Dat kan bijvoorbeeld zijn omdat de aanvrager een dag voor afloop van de beslistermijn een dik pak met aanvullende gegevens opstuurt; of als hij steeds opnieuw vraagt om uitstel van een hoorzitting of om nader onderzoek;
- 5.
als het bestuursorgaan door overmacht niet in staat is te beslissen. Er moeten dan wel abnormale en onvoorziene omstandigheden zijn waarop het bestuursorgaan geen invloed heeft, zoals het volledig afbranden of onder water lopen van het gemeentehuis.
Communicatie over opschorten
- •
in de bovenstaande gevallen 1, 2 en 3 verneemt de aanvrager altijd dat de beslistermijn is opgeschort;
- •
in de gevallen 1 en 3 wordt de aanvrager bovendien ingelicht wanneer de opschorting ten einde is;
- •
in geval 4 hoeft het bestuursorgaan de aanvrager niet in te lichten;
- •
in geval 5 moet het bestuursorgaan de aanvrager meedelen dat de beslistermijn is opgeschort;
- •
in de gevallen 2, 4 en 5 moet het bestuursorgaan de aanvrager meedelen wanneer de opschorting afloopt én binnen welke termijn alsnog een beslissing moet worden genomen (de resterende beslistermijn).
NB
Soms wordt met geautomatiseerde systemen de voortgang van de behandeling bewaakt of (als kwaliteitsinstrument) doorlooptijden gemeten. In dat geval zullen deze systemen moeten worden aangepast aan de nieuwe opschortingsgronden.
Dat geldt ook voor de registratie van ingebrekestellingen en beroepschriften wegens niet tijdig beslissen en voor de registratie van dwangsommen.