Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1331/2008 tot vaststelling van een uniforme goedkeuringsprocedure voor levensmiddelenadditieven, voedingsenzymen en levensmiddelenaroma's
Artikel 12 Vertrouwelijkheid
Geldend
Geldend vanaf 26-09-2019
- Redactionele toelichting
Wordt toegepast vanaf 27-03-2021.
- Bronpublicatie:
20-06-2019, PbEU 2019, L 231 (uitgifte: 06-09-2019, regelingnummer: 2019/1381)
- Inwerkingtreding
26-09-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2019, PbEU 2019, L 231 (uitgifte: 06-09-2019, regelingnummer: 2019/1381)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Algemeen
1.
De aanvrager kan bij de indiening van de aanvraag een verzoek doen om bepaalde delen van uit hoofde van deze verordening ingediende informatie vertrouwelijk te behandelen, dat vergezeld gaat van een verifieerbare motivering.
2.
Indien overeenkomstig artikel 3, lid 2, van deze verordening een advies van de Autoriteit is vereist, beoordeelt de Autoriteit het verzoek van de aanvrager om vertrouwelijke behandeling, overeenkomstig de artikelen 39 tot en met 39 sexies van Verordening (EG) nr. 178/2002.
3.
In aanvulling op de in artikel 39, lid 2, van Verordening (EG) nr. 178/2002 bedoelde gegevens en op grond van artikel 39, lid 3, van die verordening, kan de Autoriteit tevens instemmen met vertrouwelijke behandeling van de volgende gegevens, indien door de aanvrager is aangetoond dat openbaarmaking van die informatie zijn belangen aanzienlijk kan schaden:
- a)
indien van toepassing, informatie die is vervat in uitvoerige beschrijvingen van de uitgangsstoffen en -preparaten, alsmede informatie over de wijze waarop zij worden gebruikt voor de vervaardiging van de stof waarvoor goedkeuring wordt aangevraagd, en uitvoerige informatie over de aard en samenstelling van de materialen of producten waarin de aanvrager voornemens is de stof, waarvoor toelating wordt aangevraagd, te gebruiken, behalve informatie die relevant is voor de beoordeling van de veiligheid;
- b)
indien van toepassing, uitvoerige analytische informatie over de variabiliteit en de stabiliteit van afzonderlijke productiepartijen van de stof, waarvoor toelating wordt aangevraagd, behalve informatie die relevant is voor de beoordeling van de veiligheid.
4.
Indien overeenkomstig artikel 3, lid 2, van deze verordening geen advies van de Autoriteit is vereist, beoordeelt de Commissie het verzoek van de aanvrager om vertrouwelijke behandeling. De artikelen 39, 39 bis en 39 quinquies van Verordening (EG) nr. 178/2002 en lid 3 van dit artikel zijn van overeenkomstige toepassing.
5.
Dit artikel laat artikel 41 van Verordening (EG) nr. 178/2002 onverlet.