V-N 2020/59.11
Tekst pensioenartikel verdrag Nederland-Portugal niet eenduidig
HR 06-11-2020, ECLI:NL:HR:2020:1733, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 november 2020
- Magistraten
Koopman, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
20/01404
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS240628:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Loonbelasting / Pensioenregeling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1733, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑11‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:695, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 15‑07‑2020
- Wetingang
art. 18 Verdrag Nederland-Portugal
Essentie
De Hoge Raad beantwoordt de door Rechtbank Zeeland-West-Brabant gestelde prejudiciële vragen over art. 18 lid 2 Belastingverdrag NL-Portugal. De tekst van deze bepaling is niet eenduidig en de context biedt geen helderheid over de juiste uitleg van deze bepaling.
Samenvatting
X ontvangt een AOW-uitkering en emigreert in 2016 naar Portugal. In verband met een wetswijziging ten aanzien van de loonheffingskorting ontvangt X bericht van de SVB dat vanaf 1 januari 2019 loonbelasting op de AOW-uitkering wordt ingehouden. X maakt bezwaar tegen deze loonbelastinginhouding. Volgens X staat het art. 18 lid 1 Verdrag Nederland-Portugal hieraan in de weg. Volgens ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.