Prg. 2016/186
Verzet gegrond. Het griffierecht is na het eindarrest terecht met ruim vierduizend euro verhoogd, maar van die bijheffing zijn appellanten pas anderhalf jaar later op de hoogte gebracht, hetgeen in strijd is met de rechtszekerheid.
Hof 's-Hertogenbosch 19-05-2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:2009
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
19 mei 2016
- Magistraten
Mrs. O.G.H. Milar, P.J.M. Bongaarts, J.I.M.W. Bartelds
- Zaaknummer
200 181 579_01
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:2016:2009, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 19‑05‑2016
- Wetingang
Art. 3, art. 29 en de Bijlage WGBZ; art. 6:162 BW
Essentie
Procesrecht. Komen verzoekers succesvol in verzet tegen verhoging van griffierechten nu zij pas anderhalf jaar na vaststelling bijheffing daarover zijn geïnformeerd ?
Ja. Rechtszekerheid stelt grenzen aan bevoegdheden griffier.
Samenvatting
Verzoekers komen in verzet tegen verhoging van de griffierechten met € 4.662. Volgens verzoekers was de bijheffing hen niet terstond bekend en is de heffingsgrondslag onterecht veranderd van natuurlijk persoon naar niet-natuurlijk persoon. Zij stellen dat tot 1 april 2015 voor de heffing van griffierechten onderscheid werd gemaakt tussen natuurlijke personen en rechtspersonen. De vof van verzoekers is geen rechtspersoon. Ten slotte achten zij het in strijd met de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.