Procesrecht; bopz, schending hoor en wederhoor

Documentgegevens:

HR 11-04-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC9274

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 11 april 2008
Zaaknummer: 08/00115HR
LJN: BC9274
Vakgebied(en): Gezondheidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2008:BC9274, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑04‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC9274, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑04‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑01‑2008
Wetingang: Art. 14a Wet Bopz; art. 8 Wet Bopz; art. 5 EVRM; art. 19 Rv

Essentie

Samenvatting

Casus

Op 24 september 2007 verzoekt de officier van justitie, onder overlegging van een ondertekende geneeskundige verklaring, een afschrift van het behandelplan en een opgave van de stand van uitvoering, een voorwaardelijke machtiging ten aanzien van de betrokkene.

Bij beschikking van 4 oktober 2007 verleent de Rechtbank, nadat de Rechtbank betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de behandelend psychiater heeft gehoord, de verzochte voorwaardelijke machtiging voor de duur van twaalf maanden.

De betrokkene stelt cassatieberoep in. Betrokkene klaagt dat de Rechtbank in strijd heeft gehandeld met art. 14a, leden 4 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.