NJB 2018/1055
Voorlopig getuigenverhoor. Belang. Kans van slagen. Het hof wijst een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor af. Hoge Raad: Er bestaat geen bevoegdheid tot het verzoeken van een voorlopig getuigenverhoor indien de verzoeker bij toewijzing daarvan onvoldoende belang heeft. De vaststellingen van het hof laten geen andere conclusie toe dan dat de in te stellen vordering geen kans van slagen heeft en dat verzoeker daarom geen belang heeft bij zijn verzoek
HR 18-05-2018, ECLI:NL:HR:2018:727
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 mei 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/02985
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:727, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑05‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:112, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑06‑2017
- Wetingang
(art. 236 lid 1, art. 382 aanhef en onder c, art. 843a Rv; art. 3:13, 3:303 BW)
Essentie
Voorlopig getuigenverhoor. Belang. Kans van slagen. Het hof wijst een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor af. Hoge Raad: Er bestaat geen bevoegdheid tot het verzoeken van een voorlopig getuigenverhoor indien de verzoeker bij toewijzing daarvan onvoldoende belang heeft. De vaststellingen van het hof laten geen andere conclusie toe dan dat de in te stellen vordering geen kans van slagen heeft en dat verzoeker daarom geen belang heeft bij zijn verzoek
Partij(en)
A, adv. mr. H.J.W. Alt, vs. ABN Amro, adv. mr. F.M. Dekker.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
A heeft bij ABN Amro gewerkt. In het kader van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.