RCR 2011/93
Boetebeding. Is het oneigenlijke boetebeding voor matiging vatbaar door analoge toepassing van art. 6:94 lid 1 BW?
HR 16-09-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ8098 (Subat/Kost)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 september 2011
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
10/01699
- Conclusie
A-G Wissink
- LJN
BQ8098
- Roepnaam
Subat/Kost
- JCDI
JCDI:ADS909954:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ8098, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑09‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ8098, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 10‑06‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑04‑2010
- Wetingang
Essentie
Oneigenlijk boetebeding. Matiging.
Is het in de algemene voorwaarden opgenomen anti-speculatiebeding te kwalificeren als een oneigenlijk boetebeding? Is voor matiging van een oneigenlijk boetebeding plaats op grond van een analoge toepassing van art. 6:94 lid 1 BW?
Samenvatting
Stichting Uitvoering Bodemsanering Amovering Tankstations (‘Subat’) houdt zich bezig met het uitvoeren van bodemsaneringen van verkooppunten van motorbrandstoffen, waarvan de houder zijn bedrijfsactiviteiten heeft beëindigd en zich heeft aangemeld voor deelname aan de zogenaamde ‘Subat-regeling’. Onder die regeling wordt de sanering in beginsel uitgevoerd zonder kosten voor de locatie-eigenaar. Eigenaresse van enkele verkooppunten van moterbrandstoffen te Amsterdam (Garage Kost) is met Subat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.