JAR 2006, 71
Wegens verzwijgen van strafrechtelijk verleden — nog vóór aanvang arbeidsovereenkomst — ontslagen werknemer vordert met succes loondoorbetaling. Arbeidsbelemmerende privé-gegevens behoeven bij sollicitatie niet specifiek te worden genoemd en doorkruising van het ontslagrecht via beroep op dwaling faalt.
Rb. Assen 06-03-2006, ECLI:NL:RBASS:2006:AV5303
- Instantie
Rechtbank Assen
- Datum
6 maart 2006
- Magistraten
Mr. B. van den Bosch
- Zaaknummer
167798\CVEXPL05-3045
- LJN
AV5303
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBASS:2006:AV5303, Uitspraak, Rechtbank Assen, 06‑03‑2006
- Wetingang
BW art. 6:228; BW art. 7:625; BW art. 7:677; BW art. 7:678; EVRM art. 8 lid 1
Essentie
Ontslagrecht. Is een werknemer gehouden bij sollicitatie een eventueel strafrechtelijk verleden op te biechten? Niet indien dat voor de te vervullen functie irrelevant is en opbiechten zou leiden tot een weigering hem in dienst te nemen.
Samenvatting
Werknemer vordert vernietiging van zijn ontslag op staande voet alsmede loondoorbetaling. Hij is, na voorafgaand als WIW-er bij werkgeefster te hebben gewerkt, als magazijnmedewerker voor een jaar in dienst getreden. Bij sollicitatie heeft hij desgevraagd laten weten een periode van ‘psychische problemen’ te hebben gehad. Hij heeft niet verteld dat hij was veroordeeld (in 2000) voor een zedendelict tot gevangenisstraf en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.