RvdW 2014/1059
Internationaal privaatrecht. Erkenning vreemd vonnis op voet art. 431 lid 2 Rv; vereisten voor erkenning; vormt verjaring of verval van bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van vreemd vonnis volgens recht van land van herkomst een beletsel voor formele uitvoerbaarheid?; overeenkomstige toepassing begrip ‘uitvoerbaarheid’ in zin art. 38 lid 1 EEX-Vo; beroep op betaling of verrekening van vordering in procedure van art. 431 lid 2 Rv; stelplicht en bewijslast; gezag van gewijsde vreemd vonnis.
HR 26-09-2014, ECLI:NL:HR:2014:2838 (Gazprombank/Bensadon)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 september 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.E. Drion, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak
- Zaaknummer
13/04272
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Roepnaam
Gazprombank/Bensadon
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2838, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑09‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:530, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑06‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑08‑2013
- Wetingang
Essentie
Internationaal privaatrecht. Erkenning vreemd vonnis op voet art. 431 lid 2 Rv; vereisten voor erkenning; vormt verjaring of verval van bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van vreemd vonnis volgens recht van land van herkomst een beletsel voor formele uitvoerbaarheid?; overeenkomstige toepassing begrip ‘uitvoerbaarheid’ in zin art. 38 lid 1 EEX-Vo; beroep op betaling of verrekening van vordering in procedure van art. 431 lid 2 Rv; stelplicht en bewijslast; gezag van gewijsde vreemd vonnis.
Op grond van art. 431 lid 1 Rv kunnen noch beslissingen die zijn gegeven door de rechter van een vreemde staat, noch buiten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.