Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (B)
11.4 Bewijsmiddelen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2014
- Bronpublicatie:
18-06-2014, Stcrt. 2014, 17424 (uitgifte: 25-06-2014, regelingnummer: WBV2014/19)
- Inwerkingtreding
01-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-06-2014, Stcrt. 2014, 17424 (uitgifte: 25-06-2014, regelingnummer: WBV2014/19)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
De IND beschouwt de instemmingsverklaring van de Nederlandse Centrale autoriteit als bewijsmiddel dat de Nederlandse Centrale autoriteit heeft ingestemd met de plaatsing van de vreemdeling in een pleeggezin of instelling in Nederland.
De IND beschouwt het instemmingsbesluit van de Centrale autoriteit van het land van herkomst van de vreemdeling als bewijsmiddel dat de Centrale autoriteit van het land van herkomst van de vreemdeling heeft besloten om in te stemmen de plaatsing van de vreemdeling in een pleeggezin of instelling in Nederland.
De IND beschouwt een verklaring van de Nederlandse Centrale autoriteit dat de plaatsing tijdelijk is als bewijsmiddel dat het gaat om tijdelijke plaatsing.
De IND beschouwt een verklaring van de bevoegde autoriteiten van het land van herkomst als bewijsmiddel dat het gezag over de vreemdeling is geregeld.