NJ 2015/161
Ontvankelijkheid beklag inbeslagneming auto na vernietiging.
HR 03-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:514, m.nt. F. Vellinga-Schootstra
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 maart 2015
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
14/02212
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
F. Vellinga-Schootstra
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS128018:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:514, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:116, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑01‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑10‑2014
- Wetingang
Essentie
Inbeslaggenomen auto is naar de sloper gegaan en vernietigd. De rechtbank heeft het beklag tegen de inbeslagneming niet-ontvankelijk verklaard, omdat het beslag door de vernietiging zou zijn geëindigd. Die beslissing is onjuist omdat voor de auto bij levering aan de sloper een vergoeding is betaald, waardoor het beslag na vernietiging ingevolge art. 117 lid 4 Sv op de opbrengt van de auto rustte en dus niet was geëindigd.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, van 10 februari 2014, nummer RK 13/1661, op een klaagschrift als ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.