RAR 2013/113
Kwijting. Heeft een overeengekomen finale kwijtingsbeding ook gevolgen voor (latere) fraudevordering?
Hof Arnhem-Leeuwarden 07-05-2013, ECLI:NL:GHARL:2013:BZ9816
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
7 mei 2013
- Magistraten
Mrs. H. de Hek, L. Groefsema, A.M. Koene
- Zaaknummer
200.097.814/01
- LJN
BZ9816
- JCDI
JCDI:ADS914338:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARL:2014:2422, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 25‑03‑2014
ECLI:NL:GHARL:2013:BZ9816, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 07‑05‑2013
- Wetingang
Essentie
Kwijting. Bevrijdend verweer. Vaststellingsovereenkomst.
Heeft een overeengekomen finale kwijtingsbeding ook gevolgen voor (latere) fraudevordering?
Samenvatting
Werknemer is op 1 september 2003 bij de werkgever in dienst getreden. Werkgever en werknemer hebben op 4 december 2008 een beëindigingsovereenkomst gesloten, waarin een finale kwijting is opgenomen. De arbeidsovereenkomst tussen partijen wordt daarmee met ingang van 5 januari 2009 beëindigd. Na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst komen feiten aan het licht waaruit volgt dat werknemer (vermoedelijk) in de uitvoering van zijn werkzaamheden met de bemiddelingsfee van een Chinese tussenpersoon (JACV) heeft geknoeid waardoor hij heimelijk gelden naar zijn eigen privérekening kon sluizen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.