BNB 2022/64
Fiscale eenheid omzetbelasting. Vereiste organisatorische verwevenheid. Vertrouwen, gewekt door beschikking fiscale eenheid
HR 18-02-2022, ECLI:NL:HR:2022:269, m.nt. W.J. Blokland
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 februari 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Feteris, Fierstra, Faase
- Zaaknummer
19/03185
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
W.J. Blokland
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS646370:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:269, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑02‑2022
ECLI:NL:PHR:2020:614, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑06‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑06‑2020
- Wetingang
Art. 7 lid 4 Wet OB 1968; opgewekt vertrouwen
Essentie
Fiscale eenheid omzetbelasting. Vereiste organisatorische verwevenheid. Vertrouwen, gewekt door beschikking fiscale eenheid
Samenvatting
Belanghebbende, X BV, verricht uitsluitend jegens Stichting A tegen vergoeding facilitaire diensten, waaronder schoonmaakwerkzaamheden, in het ziekenhuis van de stichting. Deze stichting houdt via een houdstervennootschap 51% van de aandelen in belanghebbende. De overige 49% van de aandelen worden gehouden door B BV, waarin een schoonmaakbedrijf wordt uitgeoefend. Enig bestuurder van belanghebbende is een werknemer van Stichting A. Tussen de stichting en de BV’s zijn diverse overeenkomsten gesloten die er onder andere in resulteren dat B BV bij belanghebbende via een contractmanager de bedrijfsvoering op zich ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.