NJB 2014/986
Toelichting vordering benadeelde partij, art. 334 lid 3 Sv: een door de benadeelde partij in dat verband – dus niet als getuige en evenmin onder ede – afgelegde verklaring kan door de rechter niet worden gebruikt voor het bewijs van het tenlastegelegde
HR 22-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:974
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 april 2014
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, N. Jörg
- Zaaknummer
13/00498
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:974, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑04‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:323, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑03‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑06‑2013
- Wetingang
(Sv art. 334)
Essentie
Toelichting vordering benadeelde partij, art. 334 lid 3 Sv: een door de benadeelde partij in dat verband – dus niet als getuige en evenmin onder ede – afgelegde verklaring kan door de rechter niet worden gebruikt voor het bewijs van het tenlastegelegde
Uitspraak
Inleiding:
Het middel klaagt onder meer dat het hof ten onrechte de door de benadeelde partij ter terechtzitting in hoger beroep gegeven toelichting op haar vordering tot het bewijs heeft gebezigd.
Hoge Raad, onder meer:
2.3.
Wanneer de benadeelde partij gebruik maakt van de haar in art. 334, derde lid, Sv gegeven bevoegdheid tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.