RN 2015/39
Vennootschap onder firma. Leidt het faillissement van een vof automatisch tot het faillissement van haar vennoten?
HR 06-02-2015, ECLI:NL:HR:2015:251
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
6 februari 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, G. Snijders
- Zaaknummer
14/03627
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS920596:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Insolventierecht / Faillissement
Ondernemingsrecht / Personenvennootschappen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:251, Uitspraak, Hoge Raad, 06‑02‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2114, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑10‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑07‑2014
- Wetingang
Art. 4 lid 3 Fw; art. 6 EVRM
Essentie
Vennootschap onder firma.
Leidt het faillissement van een vof automatisch tot het faillissement van haar vennoten?
Samenvatting
A is een van de vennoten van de vof VDV Totaalbouw. Bepro vraagt het faillissement aan van zowel de vof als van A. A heeft echter een verzoek ingediend om te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling. Tijdens de mondelinge behandeling van dit verzoek trekt A het verzoek in, omdat de vereiste stukken ontbreken. Ook bij het tweede verzoek legt A onvoldoende stukken over. Omtrent dit tweede verzoek wordt niet meer besloten, omdat op dat moment het faillissement van de vof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.