NJ 2011/501
Cassatie. Cassatieverbod van art. 134 Pachtwet; doorbreking mogelijk?
HR 29-01-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK5013, m.nt. A.I.M. van Mierlo
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 januari 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.A.M. van Schendel, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
09/01904
- Conclusie
A-G Huydecoper
- Noot
A.I.M. van Mierlo
- LJN
BK5013
- JCDI
JCDI:ADS118382:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Bestuursrecht algemeen (V)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Rechtspleging van onderscheiden aard
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2010:BK5013, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑01‑2010
ECLI:NL:HR:2010:BK5013, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑01‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑05‑2009
- Wetingang
Essentie
Cassatie. Cassatieverbod van art. 134 Pachtwet; doorbreking mogelijk?
De strekking van het cassatieverbod van het hier toepasselijke art. 134 Pachtwet, te weten dat tegen alle beslissingen van de pachtrechter cassatieberoep is uitgesloten, brengt mee dat dit verbod niet kan worden doorbroken op grond van de stelling dat de pachtrechter een of meer pachtrechtelijke bepalingen ten onrechte al of niet heeft toegepast.
Samenvatting
Eiser tot cassatie had een gedeelte van een stal in medegebruik van verweerder in cassatie. Eiser heeft gevorderd dat de pachtkamer van de rechtbank de tussen hem en verweerder bestaande pachtovereenkomst ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.