JOR 2011/286
Enquêterecht, ontvankelijkheid, kapitaalseis
HR 08-07-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ0505
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juli 2011
- Zaaknummer
10/02015
- LJN
BQ0505
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ0505, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑07‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ0505, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑04‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑05‑2010
- Wetingang
art. 2:346 BW; art. 283 Rv
Essentie
Indien een der verzoekers enquêteverzoek intrekt, is vereist dat overblijvende verzoeker(s) zelfstandig aan kapitaalseis van artikel 2:346 voldoen
Samenvatting
Verzoeker heeft de Ondernemingskamer op 18 december 2009, tezamen met Rhodia NV (hierna: Rhodia), verzocht een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van verweerster sub 1. Op dat moment hield verzoeker 0,55% van de aandelen in verweerster sub 1. Rhodia hield toen 8,75% van die aandelen. Aandeelhouders in Rhodia waren verzoeker (40%), zijn vader (30%) en zijn broer (middellijk 30%). Tezamen waren verzoeker en Rhodia toen rechthebbenden op een bedrag aan aandelen dat groter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.