RFR 2012/27
Familieprocesrecht. Devolutieve werking hoger beroep. In hoeverre is incidentele grief nodig?
HR 23-12-2011, ECLI:NL:HR:2011:BT8449
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 december 2011
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, G. Snijders
- Zaaknummer
10/03947
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
BT8449
- JCDI
JCDI:ADS910739:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Burgerlijk procesrecht / Rechtspleging van onderscheiden aard
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BT8449, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑12‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BT8449, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑10‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑09‑2010
- Wetingang
Rv art. 332-362
Essentie
Familieprocesrecht.
Devolutieve werking hoger beroep. In hoeverre is incidentele grief nodig?
Samenvatting
In de echtscheidingsbeschikking heeft de rechtbank bepaald dat de man aan de vrouw een bedrag van € 500 per maand dient te betalen als bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de dochter. De rechtbank heeft geoordeeld dat de man geen draagkracht heeft om partneralimentatie te betalen.
Op het door de vrouw ingestelde hoger beroep heeft het hof de beschikking vernietigd en de in beroep verzochte kinderalimentatie van € 790 per maand toegewezen. Het hof heeft voorts bepaald dat de man een bedrag van € 3.368 per ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.