Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet
Artikel 17
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
27-11-2020, Stb. 2021, 98 (uitgifte: 25-02-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
1.
Compost bevat geen biologisch afbreekbare delen met een diameter groter dan 50 millimeter en niet meer dan 0,5 gewichtsprocent aan bodemvreemde niet-biologisch afbreekbare delen.
2.
Compost bevat ten minste tien gewichtsprocenten organische stof van de droge stof.
3.
Het is uitsluitend toegestaan om bij de bereiding van compost bodembestanddelen te gebruiken, indien dit betreft grond als bedoeld in artikel 1 van het Besluit bodemkwaliteit, die voldoet aan de kwaliteitseisen voor grond die gelden voor de kwaliteitsklasse landbouw/natuur als bedoeld in artikel 25d, tweede lid, van het Besluit bodemkwaliteit.
4.
Compost overschrijdt niet de in bijlage II, onder tabel 3, bij dit besluit opgenomen maximale waarden voor zware metalen, uitgedrukt in milligrammen per kilogram droge stof.