NJ 2010, 112
Wet Bopz. Machtiging voortzetting inbewaringstelling verzocht na verstrijken geldigheidsduur lopende machtiging; door wettelijke termijnen beschermde belang betrokkene.
HR 12-02-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK9150
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 februari 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
09/04961
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BK9150
- JCDI
JCDI:ADS127122:1
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK9150, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑02‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK9150, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑01‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑12‑2009
- Wetingang
Wet Bopz
Essentie
Wet Bopz. Machtiging voortzetting inbewaringstelling verzocht na verstrijken geldigheidsduur lopende machtiging; door wettelijke termijnen beschermde belang betrokkene.
Nu het onderhavige verzoekschrift tot machtiging voortzetting inbewaringstelling te laat, te weten niet vóór het einde van de geldigheidsduur van de lopende machtiging is ingediend, is ten tijde van de indiening van het verzoekschrift geen sprake van verblijf van betrokkene in de instelling op grond van een machtiging. De rechtbank heeft vastgesteld dat niet sprake was van een vrijwillig verblijf van betrokkene in de instelling. In een dergelijk geval staat het door de wettelijke termijnen beschermde belang van betrokkene eraan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.