NJ 2017/461
Witwassen: geldbedrag niet afkomstig uit eigen misdrijf.
HR 21-11-2017, ECLI:NL:HR:2017:2962
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 november 2017
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
16/01481
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS124411:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2962, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑11‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1271, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑10‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑11‑2016
- Wetingang
Art. 420bis Sr
Essentie
Witwassen: geldbedrag niet afkomstig uit eigen misdrijf.
Het hof heeft geoordeeld dat niet aannemelijk is geworden dat het in de woning van de verdachte aangetroffen geldbedrag onmiddellijk afkomstig was uit een door de verdachte zelf begaan misdrijf (verkopen van hennep) en heeft daarbij in aanmerking genomen dat door/namens de verdachte niet met voldoende concretisering is aangevoerd dat dit geld uit eigen misdrijf afkomstig was, in verband waarmee het hof betekenis heeft toegekend aan de omstandigheid dat de verdachte verdere vragen omtrent de herkomst van het geld niet heeft willen beantwoorden. ’s Hofs oordeel geeft niet blijk van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.