RvdW 2016/1034
Geldlening of schenking? Schenking onder voorwaarde? Geldlening met beding dat ontvanger moet terugbetalen “wanneer hij daartoe in staat zal zijn”; opschortende voorwaarde?; art. 7A:1798 BW alleen van toepassing bij opschortende tijdsbepaling; stelplicht en bewijslast m.b.t. bestaan en vervuld zijn van de voorwaarde.
HR 30-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2228
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 september 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, G. de Groot, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/02275
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Verbintenissenrecht (V)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2228, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑09‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:352, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑04‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑05‑2015
- Wetingang
Essentie
Geldlening of schenking? Schenking onder voorwaarde? Geldlening met beding dat ontvanger moet terugbetalen “wanneer hij daartoe in staat zal zijn”; opschortende voorwaarde?; art. 7A:1798 BW alleen van toepassing bij opschortende tijdsbepaling; stelplicht en bewijslast m.b.t. bestaan en vervuld zijn van de voorwaarde.
Ook bij een schenking kan sprake zijn van een voorwaardelijke verbintenis tot terugbetaling.
Het onderhavige geval van geldlening als hier (veronderstellenderwijs) aan de orde wordt mede gekenmerkt door de bijzonderheid dat ingevolge de tussen partijen gemaakte afspraken m.b.t. de verplichting tot terugbetaling geldt dat de lener het geleende bedrag slechts behoefde terug te betalen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.