RvdW 2014/206
Afwijzing aanhoudingsverzoek omdat raadsman geen contact kon krijgen met verdachte afgewezen; verstek in eerste aanleg en appel.
HR 21-01-2014, ECLI:NL:HR:2014:138
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 januari 2014
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, W.F. Groos, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/01297
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Strafprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:138, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑01‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:2022, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑10‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑07‑2012
- Wetingang
Essentie
Het hof kon, met een beroep op het belang bij een spoedige berechting en een goede organisatie van de rechtspleging, het schriftelijke aanhoudingsverzoek van de raadsman omdat hij geen contact kon krijgen met verdachte, afwijzen. Dat het hof het aanhoudingsverzoek had moeten toewijzen omdat de verdachte ook in eerste aanleg bij verstek was berecht vindt in haar algemeenheid geen steun in het recht, ook niet in art. 6 EVRM. Daarbij verdient opmerking dat (i) het de verdachte is die appel heeft ingesteld en dus op de hoogte was van de tegen hem lopende vervolging, ii) van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.